Op ons ‘nep toneel’ dat we thuis hebben ingericht leest Chris met monotone stem de tekst die hij gaat voorlezen tijdens onze boektour. Ik kan het nauwelijks verstaan; de klemtonen liggen op vreemde plekken, en zinnen worden op een bijzondere manier aan elkaar gelezen. Zenuwachtig kijkt hij af en toe naar mij, op zoek naar bevestiging of het wel goed gaat. Ik knik bemoedigend, en zeg dat ik het prachtig vind terwijl de moed me in mijn schoenen zinkt. Dit wordt een lange weg… We hebben slechts acht uur om dit voorleespatroon een beetje bij te schaven…
Een prachtig idee, de boek tour. Meer mensen inspireren met ons verhaal, laten zien wat er mogelijk is als je autisme hebt, maar ook hoe lastig het soms is om ermee om te gaan.
En met dat laatste worstelde ik al een tijdje omdat ik sterk het idee had dat vooral mijn ervaringen in de presentatie naar voren kwamen, maar niet hoe moeilijk het voor Chris was geweest. Hij moest omgaan met de continue onvoorspelbaarheid van reizen, maar ook met mijn onvoorspelbare gedrag, mijn ongeduld, mijn eenzaamheid. Met emoties die hij niet kon plaatsen terwijl hij het alleen maar goed wilde doen. En dus wil ik in onze boektour ook zijn kant van het verhaal laten horen. Maar kan dat wel? Mag ik zijn gevoel wel onder woorden proberen te brengen terwijl ik niet zeker weet of het klopt? Weerspiegelen zijn gedragingen werkelijk de emoties die ik denk te herkennen? En toch zijn mijn woorden de enige manier om zijn gevoelens een stem te geven. En juist die woorden laten hem nu struikelen terwijl hij de tekst met uiterste concentratie voor probeert te lezen.
Ik begin weer te twijfelen en probeer bij Chris te peilen of het klopt wat hij leest. ‘Vond je het gek dat we de was moesten drogen zonder waslijn? Dat je een hamburger moest eten zonder mes en vork? Of moest slapen met een fiets in de hotelkamer?’ ‘Ja,’ zegt hij keurig en ik kom geen stap verder. We schrappen een paar zinnen die te moeilijk zijn, oefenen waar hij even moet pauzeren tijdens het lezen en leggen de klemtoon op een voor hem idiote plek. Ik doe een klein schietgebedje en vertrouw op zijn eeuwig optimisme als hij aan het einde van de dag met gemaakte vrolijkheid zegt: ‘zo Ted, dat was leuk, het gaat zeker lukken!’
De volgende ochtend is tot op de minuut gepland en we nemen voor het slapen gaan de dag nog even door: om 7 uur opstaan, ontbijten, tanden poetsen, scheren, gewone kleren aan, naar de kapper fietsen, haren knippen, naar huis fietsen, douchen, presentie kleren aan en om half elf in de auto stappen. Alles gaat goed, tot ik terloops na het ontbijt zeg dat mama hem zal scheren. Zijn lijf is één en al teleurstelling. ‘Oh Ted, ik dacht dat jij me zou scheren.’ Mama jubelt want Chris scheren is niet haar grootste hobby. Gehaast pas ik mijn schema aan om een scheerbeurt van 30 minuten mogelijk te maken. Scheren bij Chris is geduld hebben, want zijn onvermogen om te weten hoe hij zijn gezicht recht moet trekken zorgt voor een toneelstuk op zich. Dolblij en trots zit hij om half elf rechtop in de auto in zijn strak gestreken blauwe presentatie blouse.
Maar de spanning is groot. Hij friemelt de hele weg aan zijn tas, oefent nog een keer zijn tekst terwijl ik het geluid van de filmpjes tussen door al zingend na doe. Hij eet wanneer ik eet, drinkt wanneer ik drink en gaat elke keer als hij het bord met ‘Dordrecht’ erop ziet verzitten op de auto stoel. ‘We zijn er bijna, Ted,’ zegt hij, wijzend naar het bord. ‘Vind je het spannend, Chris?’ ‘Ja, wel een beetje, Ted… maar het komt wel goed.’ En terwijl hij een slok van zijn drinken neemt, moet ik ineens remmen en knoeit hij zijn sapje over zijn prachtige blauwe blouse…
De historische bibliotheek van Dordrecht wacht op ons. Bij binnenkomst ziet Chris meteen ons boek staan en terwijl hij door de stilte van de bibliotheek struint, probeer ik bezweet het geluid aan te sluiten. Als de laatste persoon is binnengekomen haalt Chris diep adem en begint hij, na weer een bemoedigend knikje van mij, aan zijn eerste welkomstwoorden. En natuurlijk doet hij het fantastisch.
We eten snel een hapje bij Ikea waar hij keurig met mes en vork zijn hamburger eet. In alle rust, zonder iets te zeggen. Dat hoeft ook niet want we weten allebei dat dit voor ons ‘gezellig’ is. Dan in stilte naar Breda waar Chris alleen alle hoeken van de gerenoveerde kerk ontdekt terwijl ik aan alle monitor knopjes draai om de foto’s recht op het scherm te krijgen. Chris leest weer voor, kijkt naar de filmpjes met dezelfde intense interesse als de allereerste eerste keer en lacht even hard om dezelfde grapjes.
Tijdens de derde presentatie in Barendrecht komt hij helemaal los. Handgebaren komen uit het niets en zijn monotone voorleesstem verandert in een variatie van klanken en toonhoogtes. Ik geniet, zit trots te wezen en knipoog naar mijn moeder achter in de zaal. En dan is hij plots zijn tekst kwijt. Er volgt een doodse stilte terwijl hij met zijn dunne vingers nerveus de regels af tast om te zien waar hij gebleven was. Het publiek wacht geduldig tot hij met een grote glimlach weer dapper verder leest.
Het vragenrondje achteraf is natuurlijk het aller moeilijkst. Dat konden we niet oefenen thuis. Lieve mensen stellen geïnteresseerde vragen die voor Chris vaak te complex zijn om in hun woorden te begrijpen. Ik ‘vertaal’ de vragen in korte zinnen die hij wel snapt en soms is hij dan niet te stoppen. ‘Wat doe je op je werk Chris?’ ‘Bomen hakken, blaadjes harken, kloven, het bos schoon houden, bankjes timmeren…’ En net als de volgende persoon een nieuwe vraag wil stellen gaat Chris onverstoord verder waar hij was gebleven zonder de voor ons duidelijke sociale cue waar te nemen dat zijn zendtijd om was. ‘…Wandelbordjes maken, dennenappels rapen, takken opruimen…’
Hij laat het publiek achter met een geperfectioneerde buiging waar hij elke keer zelf weer ongelofelijk om moet lachen.
Dankjewel lieve mensen dat jullie ons zo welkom lieten voelen. Dat jullie je persoonlijke verhalen met ons deelden en je emotie de vrij loop lieten. Maar vooral dat jullie Chris zo lieten genieten van zijn onvergetelijke succes!